|
||||||||
|
Ik zal het maar meteen toegeven: als er al één ding is, dat ik geleerd heb in de loop van de jaren dat ik in dit vak zit, is het wel dat je onmogelijk alles kunt kennen. Heel soms worden de gaatjes dan, met enige vertraging opgevuld en leer je, zoals ik nu, een band kennen, die al enkele jaren actief blijkt te zijn in je eigen achtertuin -of ongeveer- maar waarvan je, ondanks alle moeite die je doet, nog geen noot hoorde. Genoeg geklaagd echter, want dat helpt niemand vooruit. Abstract INC. is een zestal rond gitarist Machiel Heremans, een mens die je ook kunt kennen vanwege zijn activiteiten in duo met Rebecca Van Bockstal en die, toen hij in Brussel studeerde bij onder anderen Kris Defoort en Peter Hertmans, op zoek ging naar gelijkgestemde zielen om er een band mee te vormen die op zoek ging naar wat er mogelijk is binnen de kruisbestuiving tussen compositie en improvisatie. Dat betekent dat je mensen moet hebben, die niet alleen erg goed zijn in het lezen van muziek, maar die er ook nog eens zelf mee aan de slag kunnen. Hoe de chronologie precies ineen zat, weet ik niet, maar ik was erg blij de naam van Otto Kint (bas) aan te treffen tussen de namen die vandaag in Abstract INC zitten. Nu, ik weet het, ik heb al bij uitbreiding de lof gezongen van deze stilaan alomtegenwoordige bassist, maar je kunt er nu eenmaal niet omheen dat hij zo ongeveer overal een rol speelt in Brusselse jazzkringen, die er toe doen. Naast Otto vervoegde ook, en niet meteen onverwacht, saxman Joos Vandueren, de bedenker van Maanpaard, waar ook Machiel in zit, de groep en zo komt het dat je inAbstract INC al de helft van Maanpaard bijeen hebt. Met andere woorden, die drie heren kennen elkaar al meer dan een beetje en dat helpt, als je samen in een project stapt, zeker omdat de andere drie leden van internationale en lang niet onbekende komaf zijn. Drummer Daniel Jonkers is Nederlander die al een jaar of acht geleden in onze hoofdstad aanspoelde en zich sindsdien een reputatie bijeengespeeld heeft, die kan tellen:als je in dit lad de Toots Thielemans-award wint, dan betekent dat heus wel iets en je kunt de man dan ook vinden aan de zijde van Nicolas Thijs of Nabou Claerhout. Toetsenman Leonard Steigerwald, net als Jonkers deel van Aligaga, is Duitser van origine, maar ook hij studeerde in Brussel en zit, samen met Vandueren ook in BSFOE. Altsaxofonist Abel Jednak is dan weer uitermate Frans en al even actief in de Brusselse scene, waar werkelijk iedereen met iedereen samenspeelt. Om maar te zeggen dat Abstract INC een heuse verzameling van geweldig talent is en dat blijkt volop uit deze eerste full-CD, die aftrapt met “Martial Lawn”, de vooruitgeschoven single die best wel wat airplay kreeg. Zes minuten lang zet dit de toon voor de rest van de plaat: de instrumenten worden zowat voorgesteld en gaan, onder leiding van Heremans, druppelsgewijs ook samen spelen. En dat is wat ik zo sterk vind aan de hedendaagse jonge generatie jazzmuzikanten: ze kunnen allemaal apart fantastisch spelen, maar ze delen stuk voor stuk met elkaar de behoefte om naar de anderen te luisteren en niet naast, maar mét elkaar dingen te creëren. Het bij momenten razendsnelle “Telenetwerk” -leuke titel trouwens- is dar een erg straf en strak voorbeeld van. Dit had makkelijk kunnen verzanden in eindeloos priegelen langs elkaar heen, maar in die val wordt niet getrapt, integendeel: dit klinkt hecht en je stelt vast dat iedereen goesting heeft om de anderen mee naar een hoger niveau te tillen. Of neem “Il Boscetto”, waarin de sax een ragfijne lijn speelt, waar toetsen en bas omheen fladderen en de hoofdrol vervolgens overgenomen wordt door de toetsen, terwijl drums en bas voor een meer dan solide basis zorgen en de gitaar uitermate dienstvaardig bespeeld wordt. Daar gaat het om bij jazz-in-groepsverband: zelfs al ben je een meester op je eigen instrument, dan nog probeer je je ten dienste te stellen van de compositie of van wat er gaande is binnen de groep en dat wordt hier méér dan voorbeeldig in de praktijk gebracht, ook in een bijzonder stuk als “Algae Rhythm”, dat niet meteen voor de hand liggend is, maar wel vlekkeloos tot een goed einde gebracht wordt. “Dancing Terminator” is daar ook een goed voorbeeld van: in complexe ritmes en melodielijnen als deze, kun je zonder moeite verloren lopen en jezelf verliezen, maar de zes muzikanten weten, net als Klein Duimpje, de kiezelsteentjes te vinden en raken nooit het juiste spoor kwijt. Ook de afsluitende titeltrack, nog zo’n zesminuter- is heel knap uitgebalanceerd en toont niet alleen de vaardigheid van de zes muzikanten aan, maar ook hun wil om samen iets te maken dat niet eerder door anderen werd gedaan. Kijk, een plaat als deze is ideaal om mensen die niet erg vertrouwd zijn met jazz of impro, op slag te bekeren. Wat kan ik daar meer over zeggen dan: dit moét je horen! (Dani Heyvaert)
|